Hoe voorkom je incidenten met verwarde personen? Deze psychiater pleit voor 'bemoeizorg'

Hoe voorkom je incidenten met verwarde personen? Deze psychiater pleit voor 'bemoeizorg'

Het is een begrip dat ineens op ieders lippen ligt: ‘verwarde personen’. Erasmussteker Ayoub M, was die niet psychotisch? Drievoudig moordenaar Fouad L., liep die niet schreeuwend door zijn tuin? En de klemmende vraag: hoe kunnen we met zijn allen incidenten voorkomen? Voor de politie is het dagelijkse kost: een melding van een overlastgevende buurman, aanbellen en uitgescholden worden door een sterk verwaarloosde bewoner. Je moet er maar mee om kunnen gaan als agent. Sinds een paar maanden is er in Rotterdam een proef om ggz-medewerkers mee te sturen naar een melding.

Somber, verslaving of schulden
“Ik ben erbij betrokken en ik zie hele goede dingen gebeuren. Meestal gaat een sociaalpsychiatrisch verpleegkundige mee en die kan goed inschatten wat er aan de hand is: somber op de bank, een verslaving of schulden. Dan kan je ook echt tot een oplossing komen.” Aan het woord is Niels Mulder, psychiater, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie en hoogleraar Openbare Geestelijke Gezondheidszorg bij het Erasmus MC in Rotterdam. Hij spreekt van “terechte zorgen” over de incidenten. Daarover straks meer, maar zoals het een deskundige betaamt, plaatst hij direct wat kanttekeningen.

Dementie, dronkenschap, psychische klachten
“Wij spreken in de ggz van ‘mensen met onbegrepen gedrag’, omdat we ‘verwarde mensen’ stigmatiserend vinden. Het is ook een containerbegrip geworden. De politie meldt een sterke stijging, maar zij stoppen er van alles in: mensen met psychische klachten, maar ook dementie of dronken over straat zwalken.” Hij zet daarom vraagtekens bij de sterke stijging. “Ik werk bij de crisisdienst in Rotterdam en daar zien we die stijging niet. Dan gaat het om mensen die binnen 24 uur psychiatrische hulp nodig hebben, in veel gevallen suïcidaal zijn.”

Opname met dwang
Een tweede indicatie zijn de personen die met dwang worden opgenomen omdat ze een gevaar voor zichzelf of een ander zijn. Mulder: “Daar zien we een lichte stijging, maar niet in de orde van de politiecijfers over ‘verwarde personen’.” Maar, zegt hij, dat wil niet zeggen dat er geen groot probleem is. “Dat is er wel degelijk. Veel mensen vallen tussen wal en schip, willen geen hulp en dat zie je ook niet in de cijfers terug. Bovendien doen veel ggz-teams steeds minder aan ‘bemoeizorg’", zegt hij. Mulder doelt hiermee op het ongevraagd hulp aanbieden aan mensen met grote psychiatrische problemen, die zelf niet om hulp vragen. "De ggz-teams missen de ervaring om het goed aan te pakken.”

'Donder op'
Niels Mulder kan het staven met eigen ervaringen, omdat hij als psychiater aanbelt bij mensen die ‘onbegrepen gedrag’ vertonen. “Het zal je verbazen hoeveel mensen geen hulp willen en zeggen dat alles prima gaat. ‘Donder op’ is hun eerste reactie, als de deur opengaat. De kunst is om dan niet meteen te zeggen: er wordt over u geklaagd, u hebt een probleem. Want dat gaan ze gelijk ontkennen. Je moet een gesprek aangaan, proberen contact te maken.” In de praktijk betekent het: meerdere huisbezoeken. “De tweede keer zijn ze dan nog boos, ‘ben je daar nou alweer, er is toch niets aan de hand’. Praat dan over wat er goed gaat, luister naar ze en gaandeweg krijg je een beeld van de problematiek. Je moet ook iets te bieden hebben: huisvesting, soms willen mensen bepaalde medicatie, een oplossing voor de schulden.”

Lange adem
Als hulpverlener moet je dus een lange adem hebben. “Veel mensen zijn achterdochtig, vertrouwen het systeem niet. Soms komt dit door slechte ervaringen met de hulpverlening, maar het kan ook te maken hebben met de psychiatrische aandoening dat iemand bijvoorbeeld argwanend is", weet hij. Mulder vervolgt: "Ik merk in de praktijk, en dat blijkt ook uit onderzoek, dat een vriendelijke, empathische en volhardende houding werkt. In driekwart van de gevallen waarbij de hulpverlener investeert in bemoeizorg en in het opbouwen van contact, lukt dat ook.”

Niet verzekerd
De huidige ggz-teams kunnen hier niet op inzetten, zegt Mulder. “Na twee of drie keer voor een gesloten deur haken ze af. Deze bemoeizorg wordt namelijk ook niet betaald door de zorgverzekeraar. Vroeger werd er wel vier of vijf keer geprobeerd, net zolang tot er contact was.”
Vroeger, dat was de tijd dat Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) nog landelijk was geregeld. “Dat is niet meer zo, het accent in politiek Den Haag is minder op deze groep binnen de geestelijke gezondheidszorg komen te liggen. Iedere gemeente moet bemoeizorg zelf regelen, met wisselende capaciteit en kennis tot gevolg.”

Bart van U., de moordenaar van Els Borst en zus Loïs

Bemoeizorg is een vak
Volgens Mulder heeft dat geleid tot minder expertise voor bemoeizorg in de ggz-teams. “Bemoeizorg is een vak. Dat is nog niet genoeg doorgedrongen in de Tweede Kamer, het kabinet, de zorgverzekeraars en de gemeenten. We schrikken terecht van de incidenten, maar structurele, landelijke maatregelen blijven uit.” Hij verwijst naar rapporten over ernstige misdrijven door psychiatrische patiënten die zijn geschreven door de Onderzoeksraad voor Veiligheid en de commissie Hoekstra. Die laatste ging over de lessen uit de zaak tegen Rotterdammer Bart van U., die oud-minister Els Borst en zijn eigen zus doodde. Hoekstra concludeerde: politie, justitie en ggz wisselen onvoldoende gegevens uit en onderschatten de ernst van de situatie. Hij pleitte voor een databank van verwarde personen.

Aanbevelingen
Journalist Bas Haan verwijst ernaar in zijn boek Dodelijke Zorg en zei bij het verschijnen ervan: “Ik heb overheidsjurist Rein Jan Hoekstra voor het boek gesproken. We zijn nu tien jaar verder en hij zegt: er is niets gebeurd met mijn aanbevelingen, het is eerder erger geworden. De man zegt het echt vol schaamte.” Volgens Haan zijn verwarde personen vaak verwaarloosde patiënten. Mulder: “De analyse van Bas Haan is spot on. We trekken te weinig lessen uit het verleden.”

'Signaleren is niet genoeg'
De samenwerking in Rotterdam en andere plaatsen tussen politie en ggz ziet hij als een eerste stap. “Het zou in heel Nederland ingevoerd moeten worden, maar: je moet meer doen dan signaleren. Een meldpunt, een telefoonnummer, prima, maar wat doe je na de melding?” De essentie is volgens Mulder dit: “Het gaat om langdurige zorg en expertise, waarbij de ggz en de gemeente samen de bemoeizorg vormgeven. Het gaat om openbare geestelijke gezondheidszorg die weer een wettelijke verplichting wordt, met bemoeizorg voor mensen met ernstige psychiatrische problemen die wél wordt vergoed door de zorgverzekeraars. Je zult niet alle incidenten kunnen voorkomen, maar wel een deel.”